Tweedegraadsfuncties - Minimum- en maximumproblemen - Voorbeeldopgave 2
Minimum- en maximumproblemen - Voorbeeldopgave 2
Om de kosten van het klasweekend wat te drukken wordt met de klas een wafelverkoop georganiseerd.
Het aantal verkochte wafels hangt af van de vraagprijs. Uit een enquête op school blijkt dat als
de klas €1,10 vraagt voor een wafel, ze kunnen rekenen op een verkoop van 560 wafels. Telkens de
vraagprijs met 5 cent wordt verhoogd, zullen ze 40 wafels minder verkopen. Dus bij een vraagprijs
van €1,15 kunnen ze rekenen op een verkoop van 520 wafels, bij een vraagprijs van €1,20 zijn dat
er 480, enz. De inkoopprijs per wafel bedraagt €0,80.
Oplossingsmethode 2 Oplossingsmethode 1
- Bij welke vraagprijs zijn de totale inkomsten (= de omzet) maximaal?
- Bij welke vraagprijs is de winst maximaal?
- Hoeveel wafels zullen er dan verkocht worden?
- Hoeveel bedraagt de winst?
Oplossingsmethode 2 Oplossingsmethode 1